We ontmoeten elkaar op het kantoor van Woonwaarts in Nijmegen. Lana straalt. ”Ik vind het leuk over mijn werk te vertellen, want ik heb een ontzettend leuk vak.” Door haar enthousiasme is de sfeer binnen een paar minuten vertrouwd. Een eigenschap die ongetwijfeld van grote waarde is in haar dagelijkse praktijk.
”Na mijn opleiding tot Buitengewoon Opsporingsambtenaar (BOA) ben ik gaan werken voor de gemeente Nijmegen. Dat heb ik drie jaar gedaan. Een BOA vult de politie aan bij het opsporen van strafbare feiten en bij de handhaving van de openbare orde en veiligheid. In die rol ontwikkel je een oog voor dingen die niet goed gaan, maar ook hoe je met mensen moet communiceren. Vooral dat laatste maakt het een leuk vak. Ik werd vanuit mijn netwerk in de wijk door de corporatie gevraagd sociaal wijkbeheerder te worden. Dat is eigenlijk een betrekkelijk nieuw fenomeen, dus ik heb in het afgelopen jaar kunnen pionieren en een visie kunnen ontwikkelen.”
”Ik ben gestart met gewoon de wijk ingaan, mensen aanspreken en een praatje maken. Het viel me al snel op dat er veel mensen zijn die niet goed mee kunnen doen. Die mensen zijn vaak helemaal niet in beeld bij instanties. In de persoonlijke gesprekken die ik met mensen heb, vertellen ze me dat ze eenzaam zijn of dat ze een aparte buurjongen hebben die het huis niet uitkomt. Maar ik zie vaak al aan iemands ogen dat het niet helemaal lekker gaat. Als je geïnteresseerd bent merk je dat mensen graag hun verhaal kwijt willen. Je krijgt al snel een totaalbeeld van wat er in een wijk speelt. Daarnaast heb ik contact met, bijvoorbeeld, de wijkagent, begeleiders van zorgorganisaties en het wijkteam van de gemeente. Op die manier hoor ik over klachten van burenruzies, overlast van huisdieren of zwerfvuil. Dan ga ik naar aanleiding daarvan met mensen praten en ook dan kom ik er vaak achter dat er veel meer speelt in het persoonlijke leven.